De redingote (mannen)

12 jan 2016
Joy Tengker
Student Kunstgeschiedenis en stagiair bij Modemuze

De Britse modeterm riding coat werd eind achttiende eeuw door de Fransen verbasterd tot redingote. De ontwikkeling van dit kledingstuk is fascinerend: van een functionele rijmantel groeide het uit tot een modieuze jas voor mannen én vrouwen.

Door de heersende Anglomanie in de tweede helft van de achttiende eeuw werd de riding coat, de rijmantel, zeer populair bij mannen en vrouwen. De Engelse mode werd geassocieerd met het democratische gedachtegoed van Rousseau waardoor de Anglomanie een intellectueel ideaal werd dat Europa vrijheden zou brengen. Franse mode werd als ondemocratisch beschouwd. Hoewel de Fransen de mantel al vanaf 1725 gingen dragen, werd het kledingstuk pas tegen de jaren 80 van de achttiende eeuw populair door heel Europa. De rijmantel was toen getransformeerd tot een alledaagse mantel die werd gedragen tijdens het wandelen, het reizen, bij sociale aangelegenheden en zelfs in de kerk. Het dragen van deze redingote was een uiting van bewondering voor de Engelse idealen.

Het ontstaan van de redingote

De redingote is een lange, dichtgeknoopte mantel met een kraag. Het kledingstuk kan single of double breasted zijn. Modehistorici Carl Köhler en Ludmila Kybalova stellen dat de redingote ontstaan is vanuit de justaucorps. De justaucorps was in de loop van de achttiende eeuw zo sterk veranderd dat deze erg was gaan lijken op de riding coat. Deze justaucorps werd toen redingote genoemd. De oorspronkelijke justaucorps raakte in 1780 met de komst van de frak geheel uit de mode en werd in 1790 enkel nog gedragen door mannen van lagere stand. De mannenmode werd vanaf dat moment gedomineerd door de redingote en de frak.

Eind achttiende eeuw was de redingote erg smal geworden en kwam de taille hoog te liggen. De mantel volgde toen steeds meer de getailleerde vorm van de frak, met een opstaande kraag in de nek en weggesneden voorpanden. Daardoor kon alleen het bovenlijf dichtgeknoopt worden. Soms werd ervoor gekozen de redingote open te dragen. Destijds had de mantel een dubbele kraag die trapsgewijs op de schouders lag. Eén van de twee kragen kon naar boven worden vastgeknoopt en reikte dan tot de neus. In modeblad Elegantia werd in 1807 geschreven over redingotes met meer dan twee kragen: “'s Avonds, om naar het bal of den schouwburg te gaan heeft de mode op nieuw deze ontzaglyke redingotes bestemd van dorrebladskleur, met zes en dertig kraagen, die iemant wel een weinig naar een' koetsier doen gelyken” (Elegantia, 1807, p. 93).

De negentiende eeuw

Vanaf 1815 kwam de taille van de redingote erg laag te liggen. Daarnaast werd de rok korter: de redingote liep tot aan de knie. Rond 1820 kwamen voor het eerst naden bij de onderrug voor waardoor het bovendeel van de redingote nauwsluitend gemaakt kon worden. Dit vormde een contrast met het rokgedeelte dat vanaf die tijd steeds meer begon uit te waaieren. In de jaren 30 van de negentiende eeuw werd de redingote wederom korter en reikte hij tot slechts halverwege de dijen. De revers werden in die periode vaak bekleed met fluweel of zijde.

Frock coat

In de negentiende eeuw was het silhouet van de frak steeds meer gaan lijken op dat van de redingote. De samensmelting van de redingote en de frak noemde men in Engeland frock coat. Halverwege de negentiende eeuw was de redingote of frock coat korter dan hij ooit geweest was. Tegelijkertijd was het jacquet in opmars. Tegen het einde van de negentiende eeuw werd de oorspronkelijke redingote definitief vervangen door het jacquet. De voornaamste reden daarvoor was dat de redingote of frock coat steeds meer geassocieerd werd met de conservatieve middenklasse en elitaire aangelegenheden zoals paardenrennen. De redingote of frock coat vormde nog wel de basis voor het standaard mannenpak uit het begin van de twintigste eeuw en ontwikkelde zich tot een rechte mantel zonder accent op de taille. Nog altijd zijn er moderne varianten te vinden van de redingote. De term redingote wordt echter niet meer gegeven aan deze mantels.

Dit onderzoek is tot stand gekomen in samenwerking met Modemuze, mode ABC en het Amsterdam Museum.

Literatuur

Brunin, L. Geschiedenis van het kostuum. Antwerpen: Standaard Uitgeverij, 1968, pp. 284, 289, 299.

Conrads, M. Elseviers kostuumgids: westerse kledingstijlen van de vroege middeleeuwen tot heden. Amsterdam: Elsevier, 1981, pp. 79, 80, 105.

Cunnington, C.W. Handbook of English Costume in the nineteenth century. Londen: Faber and Faber, 1970, p. 305.

Eicher, J.B. Berg Encyclopedia of World Dress and Fashion: Western Europe. Oxford: Berg Publishers, 2011, p. 24.

De Geïntegreerde Taalbank.

Hohé, M. De Ideale Man. Zwolle: WBOOKS, 2008, p. 16.

Köhler, C. A History of Costume. Mineola: Dover Publications, 1963, p. 382.

Kybalova, L. Das grosse bilderlexikon der mode. Dresden: VEB Verlag der Kunst Dresden, 1980, p. 586.

“Redingote.” Merriam-Webster Dictionary. Springfield: Merriam-Webster, Inc., 2003. merriam-webster.com. Web. 10 december 2015.

Modemuseum Hasselt: omschrijvingen van de collectie.

Peterse, F. En vogue! Mode uit Engeland en Frankrijk in de 18e eeuw. Zwolle: WBOOKS, 2005, pp. 51-52.

Onbekend. Elegantia. Jaargang 1 (1807): 93.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie