Spreitje

 

s Nachts wordt de bedstede beslapen, overdag wordt het als een pronkbed opgemaakt (statussymbool), met mooie sitsen gordijnen, een beddeplank overtrokken met sits, mooie bewerkte spreitjes, een...

Doorzoek de website met tags
Maker
onbekend
Objectnummer
002990
Instelling
Zuiderzeemuseum Enkhuizen
Periode
1852
Credits
Zuiderzeemuseum Enkhuizen
Herkomst
aankoop 1951-04-17

s Nachts wordt de bedstede beslapen, overdag wordt het als een pronkbed opgemaakt (statussymbool), met mooie sitsen gordijnen, een beddeplank overtrokken met sits, mooie bewerkte spreitjes, een babbekistje, een stoof en een stel opgestapelde prachtige kussens.; De spreitjes, aan weerszijden een lange wit linnen met daartussen een korter middenspreitje, hangen over de rand van het bed, met de versiering goed zichtbaar.; Het kruissteekwerk is bijna altijd zonder uitzondering zwart en over het algemeen is er steeds vastgehouden aan over- geleverde patronen. Deze zijn o.a. nagewerkt van oude merklappen. Bij de Marker vissersbevolking is het schip een steeds terugkerend motief, maar ook allerlei andere motieven kom je telkens weer tegen. Dit spreitje is gemaakt van wit linnen met een strook stop- snee- en witwerk. Boven het witwerk staat een levensboom in zwarte kruissteek met de initialen ’T P’ en het jaar ‘52’ (1852). Langs de rand staan enkele motieven en een ‘P’ plus een tweede, onduidelijke letter. De zwarte wol is tot lichtbruin verkleurd. Wit linnen, een strook stop- snee- en wit- werk in wit, langs deze rand enkele motieven en initialen waarvan allen de P duidelijk is, daarboven in het centrum een levensboom met daarin TP 52, kruissteekwerk in zwarte wol verkleurd tot een heel licht goudachtig bruin. s Nachts wordt de bedstede beslapen, overdag wordt het als een pronkbed opgemaakt (statussymbool), met mooie sitsen gordijnen, een beddeplank overtrokken met sits, mooie bewerkte spreitjes, een babbekistje, een stoof en een stel opgestapelde prachtige kussens.; De spreitjes, aan weerszijden een lange wit linnen met daartussen een korter middenspreitje, hangen over de rand van het bed, met de versiering goed zichtbaar.; Het kruissteekwerk is bijna altijd zonder uitzondering zwart en over het algemeen is er steeds vastgehouden aan over- geleverde patronen. Deze zijn o.a. nagewerkt van oude merklappen. Bij de Marker vissersbevolking is het schip een steeds terugkerend motief, maar ook allerlei andere motieven kom je telkens weer tegen.Deze spreitjes zijn bedoeld voor de opmaak van een pronkbedstede. Twee spreitjes hangen laag af over de beide uiteinden van het bed. Daartussen hangt een derde spreitje, dat maar een klein stukje over de rand van het bed hangt. De spreitjes zijn van onderen met een rand stop- of sneewerk versierd en met kant afgezet. Boven de rand met stopwerk zijn de spreitjes vernaaid met zwarte kruissteekmotieven. Dit spreitje is gemaakt van wit linnen met een strook stop- snee- en witwerk. Boven het witwerk staat een levensboom in zwarte kruissteek met de initialen ’T P’ en het jaar ‘52’ (1852). Langs de rand staan enkele motieven en een ‘P’ plus een tweede, onduidelijke letter. De zwarte wol is tot lichtbruin verkleurd.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie